‘Picture! Picture!’
De vrouw naast me stoot haar partner aan en doet niet haar best om te fluisteren. Als de man stil blijft zitten, pakt ze zelf haar telefoon uit haar tas en houdt deze omhoog. Daarbij stoot ze met haar elleboog bijna tegen mijn hoofd, maar trekt daarbij een duidelijke vierde wand op: ze is geen onderdeel van dit publiek. De rest van de voorstelling blijft ze met grote gebaren en diepe zuchten steeds verzitten in haar stoel.
“Daarom doet ze zo moeilijk”
Een groot deel van het normaal zo grijze publiek bij dit soort titels is deze keer vervangen door middelbare scholieren. Er wordt hooguit één kauwgomverpakking opengetrokken. Er lijken hier betere afspraken dan bij het Ro te zijn gemaakt over het eten en rochelen in de zaal.
Originaliteit ver te zoeken
Tijdens het stuk zie en hoor ik om mij heen wat ik bij de meeste voorstellingen meemaak. Op momenten waarop het lijkt alsof een woord of gebaar grappig bedoeld is, wordt er gelachen. Er is gekozen voor de gebruikelijke rolverdeling: jongeren nuttigen levensmiddelen en kijken op hun telefoon, alsof zij denken zich in de bioscoop te bevinden, de oudere publieksleden laten eens in de zoveel tijd een luidruchtige rochel ontsnappen.